In een vorig blog liet ik zien met welke belastingen een ondernemer te maken heeft.
Nu, de nieuwe belastingtarieven en de hoogte van de aftrekposten bekend zijn kunnen we een nieuwe berekening maken. Daarnaast: hoeveel moet je eigenlijk opzijzetten? In deze nieuwe blog vertel ik hier meer over en geef ik weer een aantal praktische voorbeelden.
Wat hieruit valt op te merken is dat je als Starter in je eerste jaren t/m plusminus €35.000,- bijna geen belasting betaalt. Dit is wat men in de politiek eigenlijk bedoelt met: Nederland is een Ondernemersland! Vergeleken met iemand die in loondienst €35.000,- Bruto verdient, is dit financieel inderdaad erg aantrekkelijk.
Inkomstenbelasting & BTW
Ter herhaling licht ik het volgende toe en vermeld ik de verschillen met 2020 waarover je in 2021 belasting betaalde:
Als eerste de Inkomstenbelasting (IB).
Let op! Vóór 1 mei doe je de aangifte Inkomstenbelasting. Zet dit op tijd in je agenda of laat het doen. Zoals ik al uitlegde in een vorig blog betaal je belasting volgens een progressief stelsel. Dat wil zeggen: Hoe meer je verdient, des te meer belasting betaal je. In Nederland kennen we daar ook in 2021 twee schijven:
Schijvenstelsel van de Inkomstenbelasting
Tot en met een bedrag van €68.507,- betaal je in 2021 37,10% en vanaf €68.507 betaal je 49,50%. In 2022 betaal je tot en met een bedrag van €69.398 een percentage van 37,07%. Je zult dadelijk zien in het overzicht dat de overheid bezig is met werken belonen en daarmee vooral de middenklasse te belonen. Als ondernemer betaal je Winst Uit Onderneming in Box 1 en dat is niet zo heel veel anders als dat je zou moeten doen wanneer je in loondienst bent.
MÁÁR!
Voor ondernemers gelden een aantal aftrekposten. En die maken het net zo ingewikkeld. Maar deze aftrekposten zijn dan ook weer heel erg stimulerend want die zorgen ervoor dat je Winsten Uit Onderneming een stukje lager uitvallen waardoor je minder belasting betaalt. Laat de overheid hier nu juist iets meer de rem aantrekken. Maar daarna komen er nog een aantal heffingskortingen en algemene kortingen waardoor je weer minder belasting hoeft te betalen. Deze gelden voor alle box 1 belastingplichtigen dus ook voor particulieren in loondienst. Omdat hiermee een grotere groep wordt beloond voor werken heeft de overheid deze wel verhoogd. De bedragen voor 2021 en 2022 zijn als volgt bekend gemaakt:
De algemene heffingskorting: was €2.711,-, is in 2021 €2.837,- en wordt in 2022 €2.888,-
Arbeidskorting: was €3.815,-, is in 2021 €4.205,- en wordt in 2022 €4.260,-
De ondernemersaftrekposten.
Dit zijn posten die ervoor zorgen dat je Winst Uit Onderneming lager wordt waardoor je dus over een lager bedrag belasting gaat betalen. Hiervoor moet je wel aan een aantal voorwaarden voldoen waaronder:
Het urencriterium (zie vorig blog)
Maar voor 2021 geldt het als volgt:
Je hebt ten eerste te maken met de zelfstandigenaftrek (2021): was €7.030,- en is nu €6.670 en daalt verder in 2022 €6.310,-. Vervolgens kun je aanspraak maken op de Startersaftrek (2021): was, is, en blijft ook in 2022 €2.123,-. En tenslotte is er nog sprake van de M(idden) K(lein) B(edrijf) winstvrijstelling (2020): 14%. In 2021 wordt deze beperkt tot maximaal 43% en in 2022 tot maximaal 40%.
Maar hoe ziet dat nu precies uit en hoeveel belasting moet ik dan nu betalen?
Dat is vraag die ik heel vaak krijg. Maar voordat ik naar de rekenvoorbeelden ga, zijn er nog twee dingen heel erg belangrijk en dat zijn de kortingen die je krijgt. Wat je dus doet, is dat je eerst je Winst Uit Onderneming bepaalt. Vervolgens haal je daar de verschillende ondernemersaftrekposten vanaf. Dan komt er een te betalen bedrag uit en hier mag je dan de twee kortingen van aftrekken. Daarna weet je ook hoeveel je precies opzij zou moeten zetten voor je belasting.
Natuurlijk zijn deze bedragen altijd een indicatie en ben je altijd zelf verantwoordelijk voor het doen van aangifte.
Bij de Belastingdienst kun je een voorlopige aanslag aanvragen. Dat wil zeggen dat je alvast een inschatting doet van je Winst Uit Onderneming aan het begin van het jaar. En op basis daarvan betaal je alvast een gedeelte vooruit. Dit zorgt ervoor dat je eigenlijk geen verrassingen hebt aan het einde van het jaar waardoor je een heel groot bedrag zou moeten betalen. Op basis van deze rekenvoorbeelden zou je alvast kunnen kijken hoeveel je uit zou komen en hoeveel je dus alvast zou kunnen betalen aan de Belastingdienst.
Daarnaast zijn er nog een aantal dingen waarmee je rekening moet houden. Je zou bijvoorbeeld een eigen woning kunnen hebben waardoor je hypotheekrente kunt aftrekken. Of je doet samen aangifte met je partner. Dit zijn dingen die ik hierin niet heb verwerkt en die er dus voor kunnen zorgen dat je op andere bedragen uit komt.